De afgelopen week heb ik veel persoonlijke papieren doorzocht en weggegooid. Schriftjes, belastingpapieren, facturen, oude fotoalbums en krantenartikelen: de bak zat vol met oud nieuws. Het moment dat ik mijn oud-papierbak buiten zet, lopen de katten een stukje mee. Op de terugweg deed ik het wat rustiger aan, zodat we onderweg nog even konden kroelen en spelen met de takjes en blaadjes. Vanuit mijn ooghoeken zag ik de buurman van twee huizen verder, met zijn doosje papier naar buiten lopen. Hij heeft geen container en loost zijn papier in andermans bakken. Die dag koos hij blijkbaar ‘mijn’ bak uit en hij opende de deksel, terwijl ik hem van een afstandje aan het bekijken was.
De afgelopen periode, probeer ik objectief waar te nemen wat er om me heen gebeurt en daar niets van te vinden. Op het moment dat hij de deksel opende, gebeurde er echter van alles in mij. Hij had mijn bak geopend, gooide daar zijn papier in en haalde wat van mijn papieren eruit om op zijn gemak te lezen. Dat zouden zomaar de pakbonnen kunnen zijn van het dierenvoer wat ik onlangs heb gekocht. Maar het kan ook een belastingaanslag of een fotoalbum zijn, want die heb ik er ook ingegooid. En tja, daar vond ik toch wel wat van….. Wat nou als die man weet hoeveel ik verdien per jaar? En ook: wat kan mij het eigenlijk schelen als die man dat weet? Maar goed, op dat moment zit je wel al aangehaakt aan een gedachtestructuur en ik dacht: oké, hier ga van ik los.
Vanaf mijn pad keek ik naar mijn container en observeerde ik wat deze man aan het doen was, wat dat met mij deed en wat ik daarbij voelde. Hij was op zijn gemakje, mijn papieren aan het doorbladeren én aan het lezen en tja, dat is toch best wel, ja.. Ik heb mezelf opgelegd dat ik daar niks van mag vinden…. Maar eigenlijk mag ik daar gewoon wél wat van vinden en ik mag daar ook iets bij voelen. Maar ik wil uit een ruzie of uit de angst blijven. Maar ja, als ik dat voel, dan voel ik dat wel. Weet je, ik blijf dit gewoon alleen maar zien en mijzelf waarnemen.
Opeens keek hij op en zag hij mij. Ik keek hem even aan en hij ging verder met mijn spullen doorlezen. Daarna keek hij nog een keer op en toen zei hij “hoi” en toen zei ik “hoi” terug. Nadat hij nog eventjes wat papieren doorlas, vond hij het blijkbaar genoeg. Hij sloot de container en liep naar binnen. Er was helemaal niets in deze man, die blijk gaf van enige schaamte of spijt. Of “o” ik doe nu iets wat eigenlijk niet kan. Het leek erop of hij daar totaal niet mee bezig was en dat het de normaalste zaak van de wereld was dat hij een container van een ander mens opent en ‘ns even door de bestanden gaat kijken. En dan vervolgens de zwarte doos weer dicht doet. Maar ik voelde het wel als een inbreuk op mijn privacy.
Dat brengt mij naar een onderwerp, dat eigenlijk veel groter is. In deze wereld zijn wij het op de een of andere manier, heel normaal gaan vinden, dat we zomaar in andermans bestanden kijken, zonder toestemming. En dat heeft voor mij te maken met respect. In deze werkelijkheid wordt de privacy van ieder mens, dier en plant, geënterd en geschonden. Dit roept over het algemeen twee reacties uit bij mensen: gehoorzaamheid en verzet. Rebellie en verzet tegen de overheid of tegen de belastingdienst, waar je met juridische documenten bezwaar kunt gaan maken. Anderen vinden het weer prettig, omdat deze entering van vrije wil, vaak wordt verkocht als een veiligheidskwestie.
Er wordt gezegd: ‘of je bent veilig of je bent vrij’. Als je vrij bent, heeft dat consequenties, één daarvan is dus blijkbaar, dat je niet veilig bent. En als je gecontroleerd wordt, dan ben je dus blijkbaar veilig. Dat is wat er wordt verkondigd, daarin is het verpakt. Dus ik zet in alle vrijheid mijn container op straat, met daarin al mijn papieren van de afgelopen 10 jaar. Ik ga kleiner wonen en wilde opschonen. In een vrije beweging heb ik me ontdaan van oud nieuws en dan is er een buurman die daar zijn neus in steekt. Had ik mezelf moeten beveiligen? Had ik het in een kartonnen doos moeten pakken? Moeten verbranden of versnipperen? Had ik mijzelf moeten beveiligen? Maar waar tegen dan?
Als ik deze man vanmiddag tegen kom, dan maak ik gewoon een praatje. Ik heb geen oordeel naar hem voor wat hij een half uur geleden deed. Het gaat erom, op het moment dat ik iemand ontmoet, wat er ontstaat. Vind ik het leuk dat iemand twee huizen verderop, mijn papieren heeft doorgebladerd? Nee. Ik vind het niet oké wat er allemaal gebeurt in deze wereld. Ik ben geen cyborg-mens die niets mag voelen, het gaat erom dat ik mijn gedachten en gedrag niet laat aansluiten bij de situatie die ik voor me zie. Ik kies er bewust voor om het oude nieuws in de bak te gooien, zodat we in alle vrijheid alle kwantum mogelijkheden van het volgende moment kunnen openen en we daarin het nieuws van morgen kunnen maken en beleven.
En… wat ook nog zomaar zou kunnen, is dat deze man helemaal mijn papieren niet heeft gelezen, maar zijn eigen doosje nog eens doornam! Soms zien we alles om ons heen door een filter en die filters, die mogen ook de vuilnisbak in :).
Dit verhaal is ingekort zodat het leesbaar blijft op deze website. Het volledige verhaal is opgenomen in het boek: ‘Op reis met Claudia, waarnemingen van een buitenaardse bezoeker’. Je vindt de verhalenbundel in de boekwinkel en bij de voordeelbundels. Veel leesplezier!