Enige tijd geleden sloeg de motor van mijn camperbusje af, terwijl ik mij midden op de weg bevond. Ik was bijna thuis en wist nog net, met de vaart die erin zat, een parkeerkom, met zo’n informatiebord, te bereiken. Toen ik de parkeerkom had bereikt, stond ik stil, de remmen hoefde ik niet te gebruiken. Ik pakte mijn anwb pasje en belde op. Het was een heel gedoe om mij te ‘tracken’, omdat ik geen smartphone heb en ik de straatnaam niet kon opnoemen. Ik vertelde de dame aan de telefoon precies waar ik me bevond en ik beschreef de omgeving waar ik op uitkeek, maar we konden elkaar niet verstaan, omdat we elk een andere taal spraken.
Een half uur later, werd ik gelokaliseerd en vervolgens moest ik nog een uur, of misschien wel twee, wachten op de wegenwacht. Ergens in die wachttijd, realiseerde ik mij, dat ik waarschijnlijk diesel had moeten tanken. Het feit dat je brandstof in een auto moet gooien en dat je dus zonder energie kan komen te zitten, is een fenomeen waar ik in deze wereld maar niet aan kan wennen. Energie raakt hier continue op, moet worden aangevuld en raakt weer op. De cyclus van deze wereld is eindig en sterfelijk, alles gaat dood en moet van nieuwe energie voorzien worden. Er zijn seizoenen waar de blaadjes aan de bomen afsterven, de zon gaat onder en dan is het donker.
In mijn werkelijkheid zijn er meerdere zonnen en is er altijd mooi licht. De bloemen gaan niet dood, de bladeren vallen niet van de bomen af, dieren en mensen sterven niet, iedereen geniet in gezondheid. De auto’s lopen niet op een brandstof en verplaatsen hoeft ook niet met een voertuig. Dat kan, maar dat hoeft niet. En dan zit je hier zonder brandstof in een stilstaand voertuig en ergens weet ik wel dat er diesel in moet. En soms voel ik me zo wereldvreemd omdat het zo niet klopt met hoe ik het gewend ben.
Het was vandaag een beetje bewolkt en ik had graag een paar uurtjes tussen het schrijven in, naar de zee in Kreta gewild. Even ontspannen, opladen en wandelen tussen de bergen. Een lekkere salade eten met de kruiden, die daar in het wild groeien en het zoute water afspoelen bij de watervallen. Dan ben ik ’s avonds voor het eten weer terug, net als de katjes wakker worden van hun slaapjes en ze met me willen knuffelen. Waarom kan ik niet aan die plek denken en daar meteen zijn? Het is precies dezelfde begrenzing als bij de voertuigen, die op fossiele of andere brandstof moeten rijden.
Ik stond langs de weg, bij het informatiebord, in de parkeerkom. Een vrouw van begin 50, stapte uit de anwb-bus en we maakten een praatje. Ze maakte een grapje dat ik blond was en er niets aan kon doen en ik liet dat maar even zo. Ik was gefascineerd aan het staren naar haar armen, waar ze ankers en afbeeldingen van de zee, drietanden en zeewezens op getatoeëerd had. Ze leunde met haar armen op het portier, waar ik de raampjes open had gedaan. Het viel haar op dat ik naar haar armen keek en ze zei dat ze een schipperskind was. Ze was helemaal weg van mijn voertuig: “Zo worden ze nu niet meer gemaakt. Deze busjes staan nooit langs de weg omdat ze zo goed zijn gebouwd.” Ja, ik had natuurlijk zelf ook wel gerealiseerd, dat het om de diesel ging.
Voor de vorm keek ze even onder de motorkap, ik moest een keer starten en de conclusie was, dat het busje energie moest bijtanken. Ze zei: “Ik geef je wel even een sleepje naar de pomp”. Ze pakte een sleepkabel, zo’n hele stevige ketting, die maakte ze vast aan de twee busjes en toen kreeg ik een instructie, die zij, vanwege mijn haarkleur, een paar keer herhaalde. Ze zei: “Als je moet remmen, moet je heel hard remmen, wat anders zit je tegen mijn bus aan”. Ze vroeg: “Heb je stuurbekrachtiging op je busje? Ik zei: “Ja”. “Nu dus niet”, zei ze. “Je moet dus nu écht zelf sturen en dat is pittig”. Ze zei: “Je moet gewoon meesturen. Als we de rotonde over gaan: meesturen. En… hárd remmen!” “Ok”, zei ik.
We reden naar de pomp, een kilometer of twee verder, ik zag mezelf zo in de bus zitten, was aan het rijden en aan het sturen en ik vond dat ook nog wel leuk om te doen. Ik besefte op dat moment, ja… Claudia, het is in deze wereld kiezen of kabelen! Want dat is het. Wat doe je eigenlijk in deze wereld? Kies jij zelf of zit je vast aan de kabel en zit je in de illusie dat je zelf kiest? Op het moment dat ik vast zat, had ik niet eens meer door dat die kabel er was, want ik was zelf aan het sturen. Ik had de illusie dat ik zelf stuurde, maar dat is niet zo, want je wordt voortgetrokken! Maar je hebt dat op een bepaald moment niet meer door. En dat gaat zo snel, dat je denkt dat dat gewoon jouw realiteit is. En je hebt de illusie dat je zelf achter het stuur zit. In zekere zin is dat ook zo, want je kunt ook zelf, enigszins bijsturen, binnen de kaders. Maar je zit wel vast aan de kabel en je wordt voortgesleept.
Soms vraag je je wel eens af, hoe het kan, dat je opeens in een bepaalde situatie belandt waar je dan iemand ontmoet die je een bepaald besef aanreikt. Naar mijn idee had ik nog genoeg diesel in de tank. Ik weet dat ik die ketting lang geleden heb doorgeknipt en in deze situatie mocht ik mijzelf daar weer even aan helpen her-inneren.
Dit verhaal is ingekort zodat het leesbaar blijft op deze website. Het volledige verhaal is opgenomen in het boek: ‘Kiezen voor de HartsKracht, openingen in het oorspronkelijk kwantumbewustzijn’. Je vindt de verhalenbundel in de boekwinkel en bij de voordeelbundels. Veel leesplezier!