Op de camping ontmoet ik een vrouw die als kind gitaar speelde. Ik luister en zie haar wezenskracht. Waarom stoppen we met datgene te doen, als we volwassen worden. Weten we nog hoe het voelt om ons geluid te ervaren?
Tot mijn grote schrik is het vogelhuis bewoond door wespen. Hoe kom ik van deze nieuwkomers af schiet er door me heen, terwijl de échte vraag is: waarom denk ik dit nu?
Op een bankje in de duinen wacht ik op mijn vriendin. Ze is een uur te laat en ik maak me zorgen als ze mijn appjes en belletjes niet beantwoordt. Het zand en verschillende tijdlijnen waaien voorbij. Wat gebeurt er?
Als ik voor een rood stoplicht sta, vraag ik me af hoe het zover is gekomen dat ik mijn bewegingsvrijheid laat bepalen door een apparaat. Wat als ze plotseling allemaal tegelijk op groen springen?